Huidige wetgeving omtrent uitbesteding 

Financiële ondernemingen kunnen werkzaamheden uitbesteden. De uitbestedingsregels voor financiële ondernemingen vallen onder de Wft en richten zich op werkzaamheden die onderdeel zijn van of voortvloeien uit de kernactiviteiten van financiële ondernemingen. De verantwoordelijkheid voor naleving van de Wft blijft bij de financiële ondernemingen die hun werkzaamheden uitbesteden. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) speelt een belangrijke rol in het toezicht op uitbesteding bij financiële ondernemingen.

Voor financiëledienstverleners, zoals aanbieders van een beleggingsobject, aanbieders van krediet, adviseurs, bemiddelaars en (onder)gevolmachtigde agenten, zijn de uitbestedingsregels beperkt. De belangrijkste verplichtingen vloeien voort uit artikel 4:16 van de Wet op het financieel toezicht (Wft) en artikel 37 Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen (BGfo). Deze verplichtingen houden in dat een financiëledienstverlener die werkzaamheden uitbesteedt aan een derde ervoor moet zorgen dat deze partij de toepasselijke wet- en regelgeving naleeft (art. 4:16 Wft). Daarnaast bepaalt de huidige wetgeving dat financiëledienstverleners geen werkzaamheden uitbesteden als dit een belemmering vormt voor een adequaat toezicht op de naleving door de AFM (art. 37 BGfo).

AFM onderzoekt uitbesteding in de praktijk

In 2020 heeft de AFM onderzoek gedaan naar uitbestedingsrisico’s bij financiëledienstverleners. Hiermee wilde de AFM inzicht krijgen in de aard en omvang van deze risico’s en hoe ze worden beheerst. De AFM heeft geconstateerd dat in 11% van de gevallen geen getekende overeenkomst bestond met de derde partij waaraan werkzaamheden waren uitbesteed. Daarnaast bleek dat 70% van de financiëledienstverleners de uitbestedingsrisico’s niet in kaart brengt, waardoor er een verhoogd risico bestaat op niet-naleving van wet- en regelgeving.

Gezien deze bevindingen wil de minister van Financiën de uitbestedingsregels voor financiëledienstverleners en het toezicht daarop aanscherpen. Om dat te doen introduceert het Wijzigingsbesluit nadere regels, zoals hierna toegelicht.

Belangrijkste verplichtingen onder het Wijzigingsbesluit

Uitbestedingsregister

Financiëledienstverleners worden verplicht om een register bij te houden met informatie over alle uitbestede werkzaamheden en de derden aan wie deze werkzaamheden zijn uitbesteed (nieuw art. 38I lid 1 BGfo). Onder derde partijen vallen ook ondernemingen binnen de groep waartoe de financiëledienstverlener behoort.

Schriftelijke overeenkomst

Daarnaast wordt de financiëledienstverlener verplicht om de overeenkomst met de derde partij schriftelijk vast te leggen (nieuw art. 38I lid 2 BGfo). In deze overeenkomst worden ten minste de volgende zaken vastgelegd (nieuw art. 38I lid 3 BGfo):

  • de rechten en verplichtingen van zowel de financiëledienstverlener als de derde partij;
  • de onderlinge informatie-uitwisseling inclusief afspraken over het beschikbaar stellen van informatie aan toezichthouders. Dit is relevant omdat toezichthouders de onder toezicht staande instelling die de werkzaamheden heeft uitbesteed, zullen vragen om informatie te verstrekken;
  • de mogelijkheid voor de financiëledienstverlener om wijzigingen aan te brengen in de wijze waarop de derde de werkzaamheden uitvoert. Dit kan bijvoorbeeld naar aanleiding zijn van aanwijzingen of instructies van de AFM;
  • de verplichting dat de derde partij ervoor zorgt dat de financiëledienstverlener blijft voldoen aan haar wettelijke verplichtingen;
  • maatregelen ter waarborging van de continuïteit van de bedrijfsvoering;
  • een omschrijving hoe de beveiliging van geautomatiseerde processen wordt geborgd en hoe incidenten worden gerapporteerd; en
  • de wijze van beëindiging van de overeenkomst. Daarbij is van belang dat wordt gewaarborgd dat de financiëledienstverlener de werkzaamheden na beëindiging weer zelf of via een andere derde partij kan (laten) uitvoeren.
Deskundigheid en controle

Het Wijzigingsbesluit bepaalt dat financiëledienstverleners te allen tijde over de nodige deskundigheid beschikken en zorgvuldigheid in acht nemen bij het aangaan, beheren of beëindigen van overeenkomsten met derden (nieuw art. 38I lid 4 BGfo). Financiëledienstverleners blijven namelijk verantwoordelijk voor de werkzaamheden die zij uitbesteden op grond van de huidige wetgeving (art. 4:16 lid 1 Wft). Daarom dienen financiëledienstverleners voordat werkzaamheden worden uitbesteed onderzoek te doen naar de geschiktheid van derden. Daarnaast moet een financiëledienstverlener in staat gaan zijn om doeltreffende controle uit te oefenen op de uitbestede werkzaamheden (nieuw art. 38I lid 5 BGfo). Het uitoefenen van controle houdt ook in dat de financiëledienstverlener toezicht dient te houden op de aan de uitbesteding verbonden risico’s.

Volgende stap?

De consultatie op het Wijzigingsbesluit financiële markten 2026 loopt tot 7 maart 2025. Naar verwachting zullen financiëledienstverleners hun uitbesteden werkzaamheden dit jaar kritisch moeten evalueren om tegen 2026 te voldoen aan de nieuwe regelgeving.

Contact

Heeft u naar aanleiding hiervan vragen of heeft u vragen over andere onderwerpen op het gebied van financiële regelgeving? Neem dan contact op met een van onze onderstaande collega's.