Btw-vrijgesteld of btw-belast?
De Commissie meent dat de prestaties van de kaartmaatschappij in principe niet bestaan uit het inkopen en vervolgens btw-belast doorleveren van brandstof/elektriciteit. In plaats daarvan verricht de kaartmaatschappij een van btw vrijgestelde financiële prestatie, te weten het financieren van de aankoop door de kaarthouder. Op basis van eerdere rechtspraak wordt de kaarthouder namelijk geacht de brandstof/elektriciteit direct in te kopen bij het tankstation/de laadpaal en speelt de kaartmaatschappij slechts een rol bij de financiële afwikkeling.
In de visie van de Commissie kan de kaartmaatschappij alleen geacht worden in te kopen van de leverancier van brandstof/elektriciteit en (btw-belast) door te verkopen aan de kaarthouder, als gehandeld wordt volgens het zogenoemde ‘commissionairsmodel’. Op basis van dit model moet de kaartmaatschappij op eigen naam maar voor rekening en risico van de kaarthouder handelen.
Impact op de praktijk
Als een kaartmaatschappij een btw-vrijgestelde financiële prestatie verricht, dan kan dit impact hebben op de btw-positie van de kaartmaatschappij. Uitgangspunt is namelijk dat btw op kosten die zien op btw-vrijgestelde prestaties, niet voor teruggaaf in aanmerking komt. Als de kaartmaatschappij desondanks met btw factureert, dan bestaat het risico dat de kaarthouder die btw niet kan terugvragen. Btw die ten onrechte wordt gefactureerd is namelijk als uitgangspunt niet terugvorderbaar.
Het is goed om te weten dat de Commissie haar visie heeft gedeeld op een eenvoudige distributieketen, met het tankstation, de kaartmaatschappij en de kaarthouder als spelers. De praktijk is echter vele malen complexer, met distributieketens waar ook nog andere partijen, zoals bijvoorbeeld leasemaatschappijen, deel van uit maken. De potentiële impact heeft daarmee een veel breder bereik.
Wat te doen?
In de Nederlandse praktijk kan vooralsnog voor een aantal situaties worden vertrouwd op een beleidsbesluit van de Staatssecretaris van Financiën. Wij adviseren u desondanks om na te gaan welke gevolgen de visie van de Commissie kan hebben voor uw btw-positie als partij binnen de distributieketen van pomp/laadpaal tot kaarthouder. De kans bestaat dat Nederland haar huidige beleid zal heroverwegen. Wij verwachten dat EU-lidstaten zich binnenkort nader gaan buigen over de voorlopige visie van de Commissie en hun eigen zienswijze zullen geven. Inzichten vanuit de mobiliteitssector zijn in deze fase dan ook zeer waardevol.
Mocht u vragen hebben over dit onderwerp, neem dan contact op met uw vertrouwde Loyens & Loeff adviseur.