Stijging tarief box 2
In het Belastingpakket 2024 is voorgesteld om het tarief in box 2 in de inkomstenbelasting met ingang van 1 januari 2024 te wijzigen. De eerste € 67.000 aan inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2-inkomen) wordt belast tegen een tarief van 24,5%, en het meerdere tegen een tarief van 31%.
Het aangenomen amendement regelt dat het hoogste tarief in box 2 met ingang van 1 januari 2024 nog eens met 2% wordt verhoogd, naar 33% (vanaf € 67.000).
Stijging tarief box 3
In het Belastingpakket 2024 is voorgesteld om het tarief in box 3 in de inkomstenbelasting per 2024 te verhogen naar 34%.
Het aangenomen amendement regelt dat het tarief in box 3 met ingang van 1 januari 2024 nog eens met 2% wordt verhoogd, naar 36%.
Bedrijfsopvolging
Vrijstellingspercentage van 83% naar 75% (in plaats van 70%) boven € 1,5 miljoen ondernemingsvermogen per 2025
In het Belastingpakket 2024 is voorgesteld om het vrijstellingspercentage van de bedrijfsopvolgingsregeling in de schenk- en erfbelasting (BOR) per 2025 te verlagen van 83% naar 70%, voor zover de goingconcernwaarde van de onderneming uitkomt boven € 1,5 miljoen.
Het aangenomen amendement regelt dat het percentage van 83% wordt verlaagd naar 75% (i.p.v. 70%). Hierdoor stijgt het effectieve tarief voor de schenk- en erfbelasting voor ondernemingsvermogen van 3,4% naar 5% (i.p.v. 6%).
‘Verwaterde’ belangen in het familiebedrijf kwalificeren voor de BOR per 2025
Momenteel kunnen de doorschuifregeling in de inkomstenbelasting en de BOR onder voorwaarden worden toegepast op een indirect belang van minder dan 5% in een lichaam, wanneer wordt voldaan aan de voorwaarden van de zogenoemde ‘verwateringsregeling’.
Het aangenomen amendement regelt dat met ingang van 1 januari 2025 één van de voorwaarden van de verwateringsregeling vervalt, namelijk dat sprake moet zijn van een indirect belang van ten minste 0,5%. Deze voorwaarde wordt slechts afgeschaft in situaties waarin de vermogensbestanddelen zijn verkregen van een bloed- of aanverwant in neergaande lijn.
Beperking afschaffing giftenaftrek in de Vpb
In het Belastingpakket 2024 is voorgesteld om de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting (Vpb) per 1 januari 2024 af te schaffen. Gelijktijdig wordt in de inkomstenbelasting geregeld dat een gift vanuit de vennootschap niet wordt belast bij de aanmerkelijkbelanghouder in box 2 of met dividendbelasting.
Het aangenomen amendement regelt dat de afschaffing van de giftenaftrek in de Vpb voor giften onder de € 100.000 geen doorgang vindt. Hiermee blijven giften die zijn ingegeven door de persoonlijke charitatieve behoefte van de aanmerkelijkbelanghouder en zijn gedaan vanuit de vennootschap, tot een bedrag van € 100.000 wél aftrekbaar voor de Vpb.
Verlaging maximumbedrag ‘Wet excessief lenen bij eigen vennootschap’
Op 1 januari 2023 is de ‘Wet excessief lenen bij eigen vennootschap’ in werking getreden met als eerste peildatum 31 december 2023. Op die peildatum zal in box 2 van de inkomstenbelasting een fictief inkomen in aanmerking worden genomen (tarief 2023: 26,9%), voor zover de schulden van de aanmerkelijkbelanghouder en zijn fiscale partner aan de eigen vennootschap gezamenlijk meer bedragen dan € 700.000.
Het aangenomen amendement regelt dat het drempelbedrag van € 700.000 per 2024 wordt verlaagd naar € 500.000, waardoor de reikwijdte van de wet aanzienlijk wordt verruimd. Belastingplichtigen die – door deze verruiming – (alsnog) onder de reikwijdte van de Wet excessief lenen dreigen te vallen dienen daarom vóór 1 januari 2025 na te gaan hoe zij met hun bestaande schulden om wensen te gaan.
Versobering 30%-regeling en afschaffing partiële buitenlandse belastingplicht
De Tweede Kamer heeft gisteren een amendement aangenomen waardoor de 30%-regeling voor buitenlandse werknemers met specifieke deskundigheid wordt versoberd. Per 1 januari 2024 wordt de belastingvrije 30%-vergoeding nog slechts verstrekt in de eerste 20 maanden. De daaropvolgende 20 maanden wordt een 20%-vergoeding verstrekt, en de laatste 20 maanden een 10%-vergoeding. Wel geldt overgangsrecht voor werknemers die in het laatste tijdvak van 2023 een vergoeding genoten waarvoor zij beschikten over een 30%-beschikking.
Momenteel kunnen werknemers die gebruikmaken van de 30%-regeling, opteren voor de partiële buitenlandse belastingplicht voor box 2 en box 3 in de inkomstenbelasting.
Het aangenomen amendement regelt dat deze partiële buitenlandse belastingplicht wordt afgeschaft. Werknemers die in het laatste tijdvak van 2023 gebruikmaken van de partiële belastingplicht, kunnen uiterlijk tot en met 2026 gebruikmaken van deze fiscale regeling.
Contact
Heeft u na het lezen van dit nieuwsbericht behoefte aan een nadere toelichting op een of meer onderwerpen? Of heeft u interesse in een vrijblijvend kennismakingsgesprek? Neem dan contact op met uw Loyens & Loeff-adviseur of met een van onze adviseurs van het Family Owned Business & Private Wealth team. Wij helpen u graag verder.