Rechtbank Gelderland heeft geoordeeld dat de splitsingsfaciliteit niet ziet op de uitgifte van aandelen.

Rechtsvraag en belang

De aandelen in een OZR met negen dochtervennootschappen - ook OZR’s - zijn gecertificeerd. Er zijn drie certificaathouders. De OZR werd vervolgens juridisch gesplitst waarbij het vermogen overging op twee nieuw opgerichte B.V.’s die ook als OZR kwalificeren. Twee certificaathouders krijgen ieder 50% van de aandelen in één van die nieuw opgerichte B.V.’s. In geschil is of de splitsingsvrijstelling overdrachtsbelasting enkel ziet op de verkrijging van de dochtervennootschappen door de nieuw opgerichte B.V., of mede ziet op de verkrijging van de aandelen in die B.V. door de certificaathouders.

Beoordeling

Rechtbank Gelderland volgt de inspecteur en oordeelt dat de uitgifte van de aandelen door een verkrijgende rechtspersoon, een OZR, onderworpen is aan de heffing van overdrachtsbelasting. De splitsingsvrijstelling is ingevoerd met het oog op de overgang van vermogen van de splitsende rechtspersoon naar de verkrijgende rechtspersoon en volgens de rechtbank niet van toepassing op de uitgifte van aandelen op het moment dat die uitgifte gepaard gaat met een uitbreiding van het materiële belang bij het vastgoed.

Belang

De rechtbank volgt het beleid van de staatssecretaris. Deze naar onze mening te beperkte uitleg van de splitsingsvrijstelling beperkt het toepassingsbereik van de splitsingsfaciliteit aanzienlijk. Daarmee wordt het lastiger voor belastingplichtigen om te herstructureren zonder heffing van overdrachtsbelasting.

Contact

Heeft u vragen naar aanleiding van dit bericht, dan kunt u contact opnemen met Jérôme Germann, Jérôme Ariës, of uw vaste adviseur van het Vastgoed team bij Loyens & Loeff.