Waarover gaat deze zaak?

Een werkgever verstrekte in 2017 en 2018 gezonde, uitgebalanceerde lunchmaaltijden aan zijn werknemers. Deze maaltijden werden dagelijks aangeboden in het bedrijfsrestaurant en voldeden aan de richtlijnen van de Gezondheidsraad en de schijf van vijf van het Voedingscentrum. De werkgever had deze verstrekking aangemerkt als onderdeel van zijn arbobeleid en stelde dat de verstrekkingen daarom onder de gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen vielen.

Het Gerechtshof Den Haag en de Rechtbank oordeelden echter dat de verstrekking van gezonde lunchmaaltijden niet onder de gerichte vrijstelling viel, omdat deze voorzieningen slechts in algemene zin het welzijn en de gezondheid van werknemers bevorderden. De zaak werd voorgelegd aan de Hoge Raad.

Oordeel van de Hoge Raad

De Hoge Raad stelde dat de tekst van de gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen (tot 1 januari 2022) slechts vereist dat voorzieningen rechtstreeks voortvloeien uit het arbobeleid van de werkgever. Dit beleid hoeft niet beperkt te blijven tot verplichtingen die direct voortvloeien uit de Arbowet. Ook voorzieningen die een breder gezondheidsdoel dienen, kunnen hieronder vallen. Gezond eten vermindert de kans op ziekte en bevordert herstel na ziekte, waardoor het verstrekken van gezonde maaltijden een legitiem onderdeel kan zijn van een ziekteverzuimpreventiebeleid. Volgens de Hoge Raad moet deze bepaling ruim worden uitgelegd, zodat ook beleid ter voorkoming van ziekteverzuim daartoe kan worden gerekend. Zelfs als het beleid in meer algemene zin het welzijn en de gezondheid van werknemers bevordert en niet specifiek gericht is op arbeid gerelateerde gezondheidsaspecten.

De Hoge Raad doet de zaak zelf af. Daartoe beslist de Hoge Raad in de eerste plaats dat de gratis verstrekking van de lunchmaaltijden door de werkgever rechtstreeks voortvloeit uit het door hem gevoerde arbobeleid.

Daarnaast heeft de Hoge Raad de volgende standpunten van de Inspecteur verworpen:

  • dat maaltijden naar hun aard niet onder de vrijstelling voor arbovoorzieningen zouden kunnen vallen; en
  • dat die vrijstelling niet van toepassing is op verstrekkingen die leiden tot een aanzienlijke privébesparing voor de werknemer.

Op grond van het bovenstaande komt de Hoge Raad tot de conclusie dat de vrijstelling voor arbovoorzieningen van toepassing is op de verstrekking van de lunchmaaltijden door de werkgever in de jaren 2017 en 2018, aangezien die verstrekking voortvloeit uit het door hem gevoerde beleid op grond van de Arbowet.

Betekenis voor de praktijk

Hoewel dit arrest de indruk wekt dat gezonde lunchmaaltijden nu onder de vrijstelling voor arbovoorzieningen verstrekt kunnen worden, is dit meestal niet het geval. De situatie van de werkgever in deze zaak betreft een specifiek geval waarbij de gezonde lunch aan veel criteria moest voldoen om als zodanig te kwalificeren. Bovendien is met ingang van 1 januari 2022 de tekst van de gerichte vrijstelling voor arbovoorzieningen gewijzigd, waarmee is verduidelijkt dat alleen verplichte arbovoorzieningen zijn vrijgesteld. Dit omvat voorzieningen:

  1. ter bestrijding of het voorkomen van veiligheids- of gezondheidsrisico’s die verbonden zijn met de arbeid;
  2. uitgaande van de stand van de wetenschap, professionele dienstverlening en arbeidshygiënische strategie; en
  3. redelijkerwijs (in een specifieke situatie) gevergd kunnen worden van de werkgever.

De voorziening moet dus gericht zijn op risico’s die de betreffende arbeid met zich meebrengt. De vrijstelling geldt alleen voor voorzieningen die werkgevers wegens de Arbowet verplicht zijn te treffen om veiligheids- en gezondheidsrisico’s te voorkomen die direct samenhangen met het werk van hun personeel. Hiervan zal bij het verstrekken van een gezonde lunch niet snel sprake zijn.

Inmiddels heeft de staatssecretaris van Financiën antwoord gegeven op Kamervragen die zijn gesteld door VVD Kamerleden naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad. Volgens de staatssecretaris kwalificeert een gezonde lunch niet als een loonbestanddeel dat gericht is vrijgesteld. Vanaf 2022 zijn alleen verplichte arbovoorzieningen gericht vrijgesteld en een gezonde maaltijd is geen verplichte arbovoorziening. Wel is er voor werkgevers onder voorwaarden de mogelijkheid de vrije ruimte van de werkkostenregeling in te zetten voor het onbelast verstrekken van een gezonde lunch.

Mocht u vragen hebben over het bovenstaande, dan kunt u contact opnemen met uw gebruikelijke contactpersoon of met een van de belastingadviseurs van ons Employment & Benefits team.